Kantoor Rijkswaterstaat Surinameweg

Circulariteit geeft nieuwe energie. Niet alleen in het gebouw, maar er ontstaan ook verrassende allianties en bouwteams waarin opdrachtgever en opdrachtnemer nauw samenwerken. Neem de combinatie van een architect en een sloper, twee disciplines die elkaar in een traditioneel bouwproces niet tegengekomen. Maar voor het gebouw van Rijkswaterstaat aan de Surinameweg in Haarlem werkten ze samen om zo veel mogelijk elementen te behouden. “Een samenwerking die ontstond doordat het Rijksvastgoedbedrijf dit renovatieproject als één integraal vraagstuk oppakte”, zeggen Barbara Heijl (Rijksvastgoedbedrijf) en Baris Can Düzgün (BAM).
Bijzonder is dat – waar bij circulariteit vaak gedacht wordt aan materialisatie – de bovenste trede van de R-ladder, Rethink, leidend was. Hierdoor blijft het oorspronkelijke pand grotendeels bewaard. “Hoe beter je het gebouw leert kennen, des te groter wordt de waardering. Het kantoor werd in 1981 ontworpen door architectenbureau Arnold Numan Oyevaar en heeft typische stijlkenmerken uit die tijd. Zoals de betonnen gevelpanelen en naar binnen gekeerde erkers”, vertelt Heijl, die namens het Rijksvastgoedbedrijf de projectmanager is. Om dit jaren tachtig-icoon toekomstbestendig te maken, was een energetische en esthetische metamorfose noodzakelijk. “Het was namelijk nogal in zichzelf gekeerd”, vult Düzgün, technisch ontwikkelaar bij BAM, aan. “Binnen oogde het donker en hokkerig.”
Door de naar binnen gekeerde erkers te verwijderen en naar buiten te keren – en op enkele plekken gelijk te trekken met de bestaande gevel – wordt het pand veel transparanter. “Eind 2021 zijn deze gevelelementen verwijderd. Dat was overigens ook een leerproces voor ons. Dit gebouw is (waarschijnlijk) onbedoeld losmaakbaar gebouwd, zodat het gescheiden demonteren van de kozijnen de sloper relatief weinig moeite kostte. De betonnen gevelelementen zijn geprefabriceerd en zeer nauwkeurig gestapeld. Dat leidt tot bevestiging van het inzicht dat losmaakbaar bouwen toekomstig hergebruik alleen maar bevordert.”
Grootste milieuwinst
De belangrijkste milieuwinst wordt echter behaald doordat de voorziene aanbouw aan de Europaweg – na heroverweging – vervalt. “In eerste renovatieplannen was een aanbouw voorzien om het benodigde bvo te halen”, licht Heijl toe. “Die annex van drie verdiepingen bleek echter niet nodig, omdat het consortium mogelijkheden zag om extra vloeroppervlak te creëren op de plekken van de erkers. Hierdoor volstaat het om het gebouw uit te breiden met slechts een klein volume in het hart van het gebouw.”
“Doordat de aanbouw wordt gesitueerd op de bestaande parkeergarage was bovendien geen nieuwe fundering nodig. Bovendien bouwen we licht, een houtconstructie. Zo wordt de milieubelasting tot een minimum beperkt”, vult Düzgün aan.
In de nieuwe aanbouw wordt een deel van het vergadercentrum gesitueerd. Heijl: “De bescheiden aanbouw heeft grote impact op de bruikbaarheid van de plattegrond. Het maakt de routing veel vanzelfsprekender; daar waar de begane grond eerst werd gekenmerkt door lange, doodlopende gangen, verbindt straks de nieuwe aanbouw de west- en oostvleugel met elkaar en ontstaat een omloop rond een groene patio. Ook op de eerste verdieping kunnen gebruikers via een daktuin van de ene naar de andere vleugel oversteken.” Het groene dakterras is een integraal onderdeel van het ontwerp en de beleving van het kantoor én sluit bovendien aan op de omgeving. “Want ook het stedenbouwkundig plan ondergaat een metamorfose, waardoor het kantoor wordt ingebed in een verkeersluwe, klimaatbestendige en natuurinclusieve omgeving.”
Joint effort
De renovatie van het kantoor toont de ambitie van het Rijksvastgoedbedrijf, maar ook de inzet waarmee alle partijen aan dit project werken. De ingeslagen weg naar circulariteit blijkt aanstekelijk te zijn. Heijl: “Iedereen zet zich in om materialen en componenten zo veel mogelijk een-op-een terug te brengen in het gebouw. Zo zullen de zorgvuldig verwijderde plafondroosters straks als akoestische panelen – voorzien van bekleding – terugkomen in het vergadergebied.” Dat de circulaire opgave echt een joint effort is, blijkt als ze verder praat. “Het zijn niet alleen de materialen uit het pand die optimaal worden ingezet. Ook de gebruiker, Rijkswaterstaat, kiest bewust voor refurbished meubelen.”
Gunning op kwaliteit
Gunning van de opdracht voor de Surinameweg vond plaats op basis van kwaliteit. Düzgün: “De beleving van het gebouw, de toekomstwaarde voor gebruikers en de duurzaamheid die we konden toevoegen waren voor het Rijksvastgoedbedrijf doorslaggevend. Daardoor konden we extra stappen zetten om ambities waar te maken. Vanaf het begin lag daar de focus van het projectteam. Maar we wilden ook reële toezeggingen doen. Daarom is er een gezamenlijke visie ontwikkeld waar iedereen zich aan heeft gecommitteerd. Deze visie vormt de pijler waaraan het ontwerp en de werkzaamheden worden getoetst. Zo is bij het slopen de opgave om materialen waar mogelijk te oogsten, zodat materialen in het pand een nieuwe bestemming kunnen krijgen. Is dat niet mogelijk, dan willen we materialen elders hoogwaardig inzetten. Downcycling is dus de laatste optie.”
Vrijheid
De vrijheid die het Rijksvastgoedbedrijf geeft, is de succesfactor, volgens Düzgün. “Het is gaaf om te zien hoe zij met dit project omgaan. Natuurlijk voelen zij de ambities vanuit het Rijk en zelf zijn ze ook bereid om de grenzen te verkennen en met ons de mogelijkheden te onderzoeken. Daarom zijn er ook geen specifieke componenten en producten gedefinieerd die in aanmerking komen voor hergebruik. Gedurende het proces willen we namelijk kunnen bijsturen, zodat we het maximale resultaat halen. Daarvoor is met het Rijksvastgoedbedrijf een nieuw proces opgesteld, waarbij we gezamenlijk voor technisch goede elementen bepalen hoe en waar we deze bouwkundige elementen opnieuw gaan inzetten. We verwachten dat we door deze strategie te volgen veel afval voorkomen.”
Herwaardering
Dat de combinatie van een ambitieuze circulaire uitvraag en vrijheid de creativiteit aanwakkert, merkt ook Heijl. “Met veel energie wordt eraan gewerkt om de CO2-footprint van ingezette materialen tot een minimum te beperken. Over dit pand kunnen we met recht zeggen dat er niet gesloopt wordt, maar geoogst.” En dat de (esthetische) vruchten van alle inspanningen zoet zijn. “De architecten hebben het introverte, verouderde pand veranderd in een representatief, uitnodigend kantoor.”
Grote betrokkenheid
Heijl besluit: “Ook is, mede dankzij de circulaire opgave, de betrokkenheid van alle partijen erg groot. We merken binnen de organisatie en bij het projectteam dat er een enorme bereidheid is om invulling te geven aan circulariteit en daarin verder te gaan. Iedereen is het erover eens dat dit heel belangrijk is. We weten namelijk allemaal dat grondstoffen schaarser worden en dat we steeds beter moeten kijken naar de waarde die materialen vertegenwoordigen. Door het bestaande pand te respecteren, ingrepen te minimaliseren en bestaande kwaliteiten te behouden is er een nieuwe balans gevonden. Een combinatie van circulariteit en architectonische herwaardering, waardoor de levensduur van het kantoor aanzienlijk wordt verlengd.”
Project partners
Related projects
No results found
Did your company worked on this project? Go to the Public page and list yourself as a project partner to access your company only page
Which project partner should receive your project listing request?
Document generator
Thank you for using the document generator again! Click the button to start a free trial period of 5 documents.
Document generator
Your trial period has been expired. Please contact info@galleo.co.
Click the +Favorite button to add this project to your personal favorites